Kan schadevergoeding voor misgelopen belastingen worden gevorderd van een derde die onrechtmatig heeft gehandeld indien op grond van de belastingwet de belastingplichtige zelf geen aanslag meer kan worden opgelegd?
Hoge Raad 4 november 2022
In deze procedure vordert de Staat op grond van onrechtmatige daad schadevergoeding voor misgelopen belastingen. De Staat stelt zich op het standpunt dat – in het geval waarin het belastingrecht geen mogelijkheden (meer) biedt – een derde aansprakelijk kan worden gehouden voor dergelijke schade, indien door het toedoen van die derde het onmogelijk is geworden nog aanslagen op te leggen aan de belastingplichtige entiteiten of personen zelf.
De Hoge Raad oordeelt dat ingevolge art. 104 Grondwet belastingen van het Rijk worden geheven uit kracht van een wet. In overeenstemming met het legaliteitsbeginsel vindt de belastingheffing plaats op grondslag van publiekrechtelijke wetgeving. De Staat kan niet – met voorbijgaan aan de wettelijke grondslag voor de belastingheffing – door middel van een privaatrechtelijke vordering tot schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad, bedragen van een derde innen die de belastingdienst van de belastingplichtige niet zou kunnen verschaffen met toepassing van de publiekrechtelijke regels die de grondslag vormen voor de heffing.
Betaling van niet geheven belasting kan niet op grond van onrechtmatige daad van een derde worden gevorderd indien op grond van de belastingwet, meer in bijzonder wegens fiscaalrechtelijke verjaring, aan de belastingplichtige zelf geen aanslag meer kan worden opgelegd.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen!
Klik hier voor de uitspraak:
Schadevergoeding van een derde voor misgelopen belastingen