Is er ruimte voor toepassing van de arbeidsrechtelijke omkeringsregel?
De werknemer heeft als woonbegeleider gewerkt bij het COA in de noodopvang van asielzoekers. De werknemer stelt zich op het standpunt dat hij tijdens zijn werkzaamheden werd geconfronteerd met leed, suïcidepogingen en ernstige trauma’s van de bewoners. Hij heeft als gevolg daarvan in ieder geval gedurende een zekere periode ernstige psychische klachten ondervonden waaronder PTSS. Volgens de werknemer is het COA tekortgeschoten in de op hem rustende zorgplicht en om die reden op de voet van artikel 7:658 BW jegens hem aansprakelijk.
Tegen het oordeel van de kantonrechter, namelijk dat het COA aansprakelijk is jegens de werknemer, gaat het COA in hoger beroep. Tijdens dit hoger beroep erkent het COA dat hij is tekortgeschoten in de op hem rustende zorgplicht, maar heeft hij betoogd dat de werknemer onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat zijn psychische klachten het gevolg zijn van de werkomstandigheden.
Het hof is het met deze stelling niet eens. Het hof oordeelt dat het op basis van de medische informatie, de aard van de belastende arbeidsomstandigheden en de aard van de gezondheidsklachten, in aanzienlijke mate waarschijnlijk is dat de arbeidsomstandigheden bij het COA hebben geleid tot psychische klachten. Het hof past de arbeidsrechtelijke omkeringsregel toe waarmee het causaal verband in beginsel gegeven is. Daarvoor is van belang dat er in de medische informatie geen aanknopingspunten te vinden zijn voor andere oorzaken. Daarnaast gaan de behandelaars en de medisch adviseur ervan uit dat de diverse traumata waarmee de werknemer tijdens zijn werkzaamheden is geconfronteerd de oorzaak zijn van de PTSS.
In zaken waarin door de werknemer wordt gesteld dat sprake is van psychisch letsel dat is veroorzaakt door de arbeidsomstandigheden wordt niet vaak de arbeidsrechtelijke omkeringsregel toegepast. Vaak is het verband tussen de psychische klachten en het werk volgens de rechter te onzeker en te onbepaald. De reden hiervoor is dat psychische klachten vaak door uiteenlopende redenen kunnen zijn ontstaan. Er is dus sprake van een multicausuaal ziektebeeld. Het oordeel van het hof dat in dit concrete geval wel ruimte is voor toepassing van de arbeidsrechtelijke omkeringsregel is echter goed te volgen. Er is sprake van een specifiek ziektebeeld (PTSS) dat volgens de behandelaars zijn oorzaak vindt in het werk.
Klik hier voor de uitspraak: