Was de aanhouding door de beveiliger rechtmatig?
Deze zaak gaat over een burgeraanhouding in verband met een verdenking van poging tot winkeldiefstal. De vraag is of een beveiliger van een supermarkt aansprakelijk is voor de letselschade van een vrouw, de verdachte, die tijdens een vluchtpoging op een voorbij rijdende fiets is gesprongen en vervolgens ten val is gekomen toen de beveiliger haar bij de schouder vastpakte.
De rechtbank heeft de vordering van de vrouw afgewezen, omdat naar het oordeel van de rechtbank geen sprake is van aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad, doordat de beveiliger een geslaagd beroep kan doen op de rechtvaardigingsgrond uit artikel 6:162 lid 2 BW. Volgens de rechtbank rechtvaardigt de burgeraanhouding van de vrouw het fysieke contact.
Het hof bevestigt het vonnis van de rechtbank en komt net als de rechtbank tot het oordeel dat geen sprake is van aansprakelijkheid uit onrechtmatige daad. Voor het vastpakken was voldoende aanleiding, omdat duidelijk was dat de vrouw niet uit eigen beweging van de fiets afkwam om zich door de beveiliger te laten aanhouden. De intentie van de beveiliger was bovendien ook niet gericht op het toebrengen van enig letsel, maar op het aanhouden van de vrouw.
Een handeling die in een normale situatie als onrechtmatig gezien zou worden – zoals iemand op een voorbij rijdende fiets bij de schouder vastpakken – wordt niet als onrechtmatige daad gekwalificeerd als de persoon in kwestie voor die handeling een rechtvaardigingsgrond had.
Meer weten? Klik hier voor de uitspraak.