Onttrekkingen komen niet-actief handelend bestuurslid duur te staan

Gerechtshof Den Haag 28 augustus 2018

Een vereniging van volkstuinders huurt de grond voor haar volkstuinen. De vereniging dient daarvoor periodiek huurpenningen af te dragen aan de verhuurder, maar omdat zij dat gedurende een bepaalde periode nalaat is er een schuld van ca. € 160.000,- aan de verhuurder ontstaan. Hoewel de vereniging de huurpenningen dus niet betaalt, ontvangt zij van haar leden wel huur en boekt zij bedragen van in totaal € 240.000,- over naar een door haarzelf opgerichte stichting. De verhuurder spreekt deze stichting, haar oprichter en een voormalig bestuurder van de vereniging (die ook bestuurder van de stichting was) aan tot betaling van de huurpenningen. Hoewel de voormalig bestuurder niet actief betrokken was bij de onttrekking van gelden door de andere bestuursleden, wordt zij door de rechtbank veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 50.000,-.

Het hof is het met de rechtbank eens. Na behandeling van enkele formele verweren stelt het hof vast dat de voormalig bestuurder in haar hoedanigheid van bestuurder van de vereniging een persoonlijk ernstig verwijt kan worden gemaakt. Volgens het hof had zij zich moeten beseffen met welk doel de stichting werd opgericht (onttrekken van gelden aan de vereniging)en had zij de overige bestuursleden tegen die achtergrond niet hun gang mogen laten gaan. Gelet op alle relevante omstandigheden blijft de toegepaste matiging van de schadevergoedingsverplichting in stand.

Deze uitspraak bevestigt vaste jurisprudentie dat ook bestuurders die zelf niet actief betrokken zijn bij onrechtmatig handelen van andere bestuurders onder omstandigheden zelf aansprakelijk kunnen zijn voor de gevolgen daarvan. Wilt u hier meer over weten, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.

Klik hier voor de uitspraak:
Onttrekkingen komen niet-actief handelend bestuurslid duur te staan