Kan de afbouwend aannemer zich verschuilen achter de fouten van zijn voorganger?
Gerechtshof Amsterdam 3 december 2020
Aannemer X plaatst in opdracht van huiseigenaar A voor de nieuwbouw van zijn casco woning een rookgasafvoerkanaal (hierna: RAK). Nadat X een deel van het RAK heeft geplaatst, geeft A de opvolgend aannemer de opdracht om het RAK af te bouwen. Vervolgens ontstaat er brand, omdat het RAK niet voldeed aan de toepasselijke veiligheidsvoorschriften. Rustte op de opvolgend aannemer de verplichting om ervoor te zorgen dat het reeds door X aangebrachte deel van het RAK alsnog voldeed, dan wel om de opdrachtgever ervoor te waarschuwen dat het RAK niet aan de veiligheidsvoorschriften voldeed? Het hof beantwoordt deze vraag bevestigend.
Dit arrest laat allereerst zien dat aannemers ervoor moeten zorgen dat hun werkzaamheden aan de toepasselijke veiligheidsvoorschriften voldoen. Dit zal eens te meer gelden bij werkzaamheden waar (grote) veiligheidsrisico’s mee gemoeid zijn – zoals in casu ten aanzien van het RAK. Logischerwijs kon de afbouwend aannemer in dit arrest zich dan ook niet verschuilen achter de omstandigheid dat hij geen specialist zou zijn op dit gebied en aldus niet op de hoogte behoefde te zijn van de geldende NEN-voorschriften. Het uitvoeren van dergelijke werkzaamheden zonder de vereiste kennis zal doorgaans zonder meer onzorgvuldig worden geacht.
Daarnaast volgt uit het arrest dat de afbouwend aannemer zich niet kan verschuilen achter eventuele fouten van zijn voorganger. Hij heeft een zelfstandige zorgplicht om te controleren of het door de voorganger gebouwde deel voldoet aan de veiligheidsvoorschriften. Daarmee heeft de afbouwend aannemer verantwoordelijkheid voor de deugdelijkheid van het functionele geheel. Deze zorgplicht lijkt echter niet onbegrensd te zijn. Zo is de aannemer “binnen de grenzen van wat zichtbaar is” verantwoordelijk voor het deel van zijn voorganger. In dit geval was met het blote oog zichtbaar dat het RAK niet voldeed.
De voornoemde zorgplicht van de aannemer brengt met zich mee dat hij – indien het werk niet voldoet aan de eisen – ofwel zelf de nodige veranderingen aanbrengt, ofwel zijn opdrachtgever moet waarschuwen. Deze waarschuwing moet wel zodanig indringend zijn dat er uiteindelijk actie wordt ondernomen.
Benieuwd hoe werd geoordeeld over de eerste aannemer? Die is door het hof in een ander arrest aansprakelijk geacht. Beide aannemers zijn dus hoofdelijk aansprakelijk voor de schade van ruim twee ton.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen!
Klik hier voor de uitspraak:
Ondeugdelijk werk door twee opvolgende aannemers