Gerechtshof Amsterdam 17 september
Nadat een man met zijn spartamet (fiets met hulpmotor) een ongeval krijgt waarbij meerdere auto’s zijn betrokken, spreekt hij de WAM-verzekeraar van één van de bestuurders aan. Nadat zijn verzoek in het kader van een deelgeschilprocedure is afgewezen, start hij een bodemprocedure. De rechtbank wijst de vordering echter af. Heeft de fietser in de appelprocedure meer succes?
Nee. Ook het hof wijst de vordering van de fietser af omdat hij van mening is dat de gestelde toedracht van het ongeval niet is komen vast te staan. De fietser stelt dat hij, bij het inhalen van de auto, door de auto is geraakt die een beweging naar links maakte. Dat onderbouwt de fietser onder meer door middel van een getuigenverklaring en een situatieschets. Het hof oordeelt echter dat, door onder meer een inconsistente getuigenverklaring, de toedracht van het ongeval juist niet is komen vast te staan.
Het hof passeert vervolgens het gedane bewijsaanbod, omdat deze te algemeen en ongespecificeerd geformuleerd was. Dat is mogelijk een gemiste kans. Vooral in zaken als deze, waarin de moeilijkheid hem nu juist zit in het aantonen van de toedracht van het ongeval. Dat is dan ook direct een waardevolle les: als een bewijsaanbod voldoende concreet is, kan de rechter daar niet zo maar aan voorbij gaan.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.
Klik hier voor de uitspraak:
Driemaal scheepsrecht? Is de WAM-verzekeraar ditmaal wel aansprakelijk jegens de fietser?
Driemaal scheepsrecht? Is de WAM-verzekeraar ditmaal wel aansprakelijk jegens de fietser?
28 november 2019