Onder welke omstandigheden rust op een accountant een zorgplicht jegens derden?
Hoge Raad 29 januari 2021
In dit arrest staat de mogelijke aansprakelijkheid van een accountantskantoor jegens derden (dus anderen dan de eigen klant) centraal. Het accountantskantoor heeft op verzoek van een onderneming twee jaarrekeningen samengesteld en halfjaarcijfers opgesteld, maar wordt vervolgens door anderen dan deze contractuele opdrachtgever aansprakelijk gesteld. Deze derden hadden hun beslissing om de onderneming te kopen (mede) gebaseerd op de rapportages. Het arrest geeft een nadere invulling van de zorgplicht die de accountant jegens derden heeft (dát deze zorgplicht er onder omstandigheden kan zijn is in een aantal eerdere arresten van de Hoge Raad reeds aangenomen).
De Hoge Raad overweegt dat de vraag of een accountant bij de uitoefening van een niet-wettelijke taak jegens een derde heeft gehandeld zoals een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot betaamt, dient te worden beantwoord aan de hand van de omstandigheden van het geval. Daarbij moet mede acht worden geslagen op de functie van de accountant in het maatschappelijk verkeer. Indien de accountant gezien het belang dat een derde aan zijn rapportage zal hechten, ermee rekening moet houden dat die derde zijn gedrag mede door de inhoud van die rapportage laat bepalen, kan het nalaten maatregelen te treffen om te voorkomen dat die derde aan die rapportage ten onrechte of onjuiste betekenis toekent, in strijd zijn met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt.
In dit geval is van een zorgplichtschending jegens de kopers volgens de Hoge Raad geen sprake. Voor het aannemen van een zorgplicht volstaat niet dat de accountant wist of behoorde te weten dat de rapportage ter beschikking van anderen (niet zijnde de eisers) zou komen en dat die anderen daarop zouden vertrouwen om een beslissing te nemen. In dit geval is daarbij ook van belang dat de eisers nog niet als koper in beeld waren op het moment dat de rapportages werden opgesteld.
Op beroepsbeoefenaren kan onder omstandigheden ook een zorgplicht rusten jegens anderen dan de opdrachtgever. Op een controlerend accountant rust een zorgplicht jegens derden, omdat hem een wettelijke taak is toebedeeld en hij bij de invulling daarvan wordt gezien als vertrouwenspersoon in het maatschappelijk verkeer, die daarmee een wezenlijk publiekelijk belang dient. Wanneer sprake is van het verrichten van niet-wettelijke taken, zoals in het besproken arrest, mag een zorgplicht van de accountant jegens een derde niet te gemakkelijk worden aangenomen. Dit arrest laat zien dat van belang kan zijn of de accountant weet dat een specifieke derde op zijn rapportage zal vertrouwen.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen!
Klik hier voor de uitspraak:
Buitencontractuele aansprakelijkheid van een accountant