Instantie en datum : Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 17 september 2019
Een familiebedrijf (schildersbedrijf) heeft langere tijd in financieel zwaar weer verkeerd. X heeft grote bedragen geleend aan dit bedrijf van zijn familie. Hij probeerde het familiebedrijf met deze leningen van de ondergang te redden. Na enige tijd gaat het schildersbedrijf toch failliet. X stelt nu diverse bij het bedrijf betrokken adviseurs aansprakelijk op grond van onrechtmatig handelen. Ook stelt hij dat sprake is van aansprakelijkheid van de adviseurs van de bank die aan het bedrijf een krediet had verleend. Alle vorderingen zijn door de rechtbank afgewezen. X heeft hoger beroep ingesteld.
Het hof oordeelt dat X in beginsel zelf verantwoordelijk was voor onderzoek naar de risico’s van het ter leen verstrekken van gelden aan het schildersbedrijf en de betrokken familieleden. Voor de aangesproken personen bestond geen verplichting om X spontaan en ongevraagd te informeren over de situatie bij de onderneming of hem te behoeden voor onverstandige investeringen, tenzij een dergelijke verplichting in verband met de omstandigheden van het geval voortvloeide uit enige rechtsverhouding met hen of uit de zorgvuldigheid die zij in het maatschappelijk verkeer jegens X als betrokken derde in acht moesten nemen. Er was geen sprake van een verstrekte opdracht aan de aangesproken partijen om X te adviseren. Buiten een dergelijke opdracht kan naar het oordeel van het hof slechts worden aangenomen dat zij onzorgvuldig (onrechtmatig) jegens X hebben gehandeld, indien en voor zover zij hem bewust hebben aangemoedigd om de gelden te lenen dan wel hebben nagelaten te waarschuwen, terwijl zij op grond van hun kennis van de (financiële) situatie bij het schildersbedrijf wisten dat gelden van de omvang zoals door X verstrekt niet zouden kunnen worden terugbetaald aangezien het bedrijf niet meer te redden was. Ook daarvan was geen sprake. De vorderingen zijn volgens het hof terecht afgewezen.
Een adviseur kan wegens een beroepsfout aansprakelijk zijn jegens zijn cliënt wanneer hij zijn zorgplicht heeft geschonden. In dit geval is van belang dat geen sprake was van een rechtsverhouding tussen X en de adviseurs. Van een schending van de algemene zorgvuldigheidsnorm jegens een derde door een adviseur is slechts sprake onder bijzondere omstandigheden, zoals in deze uitspraak geschetst.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.
Klik hier voor de uitspraak:
Adviseurs niet aansprakelijk voor schade van familiebedrijf betrokken derde
Adviseurs niet aansprakelijk voor schade van familiebedrijf betrokken derde
4 oktober 2019