Wetsvoorstellen Minimumtarief en Zelfstandigenverklaring
De Belastingdienst hervat handhaving Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (‘Wet DBA’) en de regering komt met twee wetsvoorstellen waarin:
- een minimumtarief van € 16,- voor zelfstandigen wordt geïntroduceerd;
- een zelfstandigenverklaring wordt afgegeven bij een uurtarief boven € 75,-.
Hoewel hierop forse kritieken zijn geuit door vakbonden en werkgevers, is Minister Koolmees niet van plan de wetgeving uit of af te stellen. Wel is hij bereid veranderingen door te voeren als er daarmee meer draagvlak ontstaat. Tot 9 december 2019 ligt de wet voor ter internetconsultatie. De verwachte ingangsdatum voor beide wetten is 1 januari 2021.
Intensivering handhaving Wet DBA vanaf 1 januari 2020
Sinds de afschaffing van de VAR-verklaring bestaat bij veel zelfstandigen en opdrachtgevers onzekerheid over hun rechten en plichten. De Wet DBA moest daar verandering in brengen. Dit bleek niet het geval. Handhaving van de Wet DBA werd dan ook praktisch opgeschort, maar zal worden geïntensiveerd vanaf 1 januari 2020. Voor meer info klik hier.
Concept wetsvoorstel minimumtarief zelfstandigen
Teneinde de onderkant van de arbeidsmarkt te beschermen tegen armoede wordt een minimumtarief voor de zpp’er van € 16,- per uur ex BTW geïntroduceerd. Indien achteraf blijkt dat het minimumtarief niet is betaald, dan dient de zakelijke opdrachtgever bij te betalen. Het ondernemersrisico van de zelfstandige verschuift hierdoor deels naar de zakelijke opdrachtgever. Deze bijbetalingsverplichting geldt niet voor de particuliere opdrachtgever.
Het wetsvoorstel legt beide partijen vergaande administratieve verplichtingen op. Zo moet in de offertes en facturen een overzicht worden gegeven van de uren en kosten die aan de opdracht zijn besteed. De opdrachtgever dient deze vooraf, tussentijds en achteraf te beoordelen, te controleren en in zijn administratie op te nemen. Een zelfstandige kan betaling van het minimumtarief afdwingen bij de civiele rechter, daarnaast kan een bestuursrechtelijke boete worden opgelegd of een last onder dwangsom.
Concept wetsvoorstel Zelfstandigenverklaring
Voor de bovenkant van de arbeidsmarkt wordt het mogelijk een zelfstandigenverklaring overeen te komen tussen opdrachtgever en zelfstandige.
Voorwaarden
De voorwaarden voor een zelfstandigenverklaring zijn kort gezegd:
- in de overeenkomst is opgenomen dat partijen de bedoeling hebben dat niet wordt voldaan aan de voorwaarden van een arbeidsovereenkomst;
- arbeidsbeloning is minimaal € 75,- excl. btw en wordt tijdig betaald;
- duur opdracht maximaal 1 jaar waarbij een samentelregeling geldt bij werkzaamheden voor (feitelijk) dezelfde werkverstrekker tenzij tussenpoos langer is dan 6 maanden;
- opdrachtnemer is ingeschreven bij KvK;
- opdrachtgever en opdrachtnemer tekenen voor start werkzaamheden de zelfstandigenverklaring met dagtekening;
- voldoen aan administratieve voorwaarden.
Rechtsgevolgen
Met een geldende zelfstandigenverklaring wordt vooraf zekerheid geboden dat:
- geen loonheffing hoeft te worden afgedragen;
- de zelfstandige niet onder werknemersverzekeringen (WW, WIA,WAO en Ziektewet) valt;
- de zelfstandige in de inkomstenbelasting kosten onder voorwaarden mag aftrekken;
- geen pensioenverplichtingen bestaan (tenzij anders wordt overeengekomen);
- cao-bepalingen niet van toepassing zijn (tenzij anders wordt overeengekomen);
- de zelfstandige nooit werknemer is krachtens artikel 7:610 BW. Wel kan de zelfstandige (achteraf) worden beschouwd als een ‘Europese werknemer’ als voldaan wordt aan de criteria loon, gezag en arbeid. In dat geval heeft de ‘zelfstandige’ recht op het basisregime arbeidsrecht dat op basis van Europese regels van toepassing is. Dat betekent dat hij bijvoorbeeld recht heeft op vakantiedagen, maar niet op doorbetaling van loon bij ziekte of uitbetaling van de transitievergoeding.
Tips voor de praktijk
Vanaf 1 januari 2020 gaat de Belastingdienst de handhaving intensiveren bij opdrachtgevers. Bent u opdrachtgever, let dan scherp op de relaties die u aangaat met zelfstandigen en voorkom dat deze worden aangemerkt als (fictieve) dienstbetrekking. Heeft u hier vragen over, neem dan gerust contact op met Jessica Dietz.
