Regelmatig zien wij overeenkomsten met daarin een bemiddelingsclausule. Er staat dan bijvoorbeeld dat partijen eerst moeten proberen een geschil op te lossen met mediation voordat zij zich tot een rechter wenden. In de praktijk zien wij echter vaak dat partijen zich niet houden aan een dergelijke afspraak. Ze stappen direct naar de rechter en zijn zich er vaak niet eens bewust van dat de overeenkomst een bemiddelingsafspraak bevat.
Tot op heden belemmert een bemiddelingsclausule partijen in beginsel niet om direct naar de rechter te stappen zonder eerst de afgesproken vorm van buitengerechtelijke bemiddeling te hebben geprobeerd. Een rechter stapt vrijwel altijd over een dergelijke clausule heen.
In de komende maanden komt hier mogelijk verandering in. In een lopende cassatieprocedure, heeft de advocaat-generaal de Hoge Raad op 26 januari 2024 geadviseerd over de afdwingbaarheid van een bemiddelingsclausule in een arbitrageovereenkomst. De conclusie van de advocaat-generaal is dat een mediationclausule in een overeenkomst juridisch afdwingbaar zou moeten zijn. Dit geldt voor zowel arbitrageprocedures als in procedures bij de gewone rechter. Het maakt hierbij niet uit of het om professionele partijen of om particulieren gaat.
Dat een mediationclausule juridisch afdwingbaar is, betekent volgens de advocaat-generaal echter niet dat de rechter of arbiter zich niet-ontvankelijk of onbevoegd zou moeten verklaren. Dit zou te zware gevolgen met zich brengen. Volgens de advocaat-generaal zou het gevolg moeten zijn dat de rechter of arbiter de procedure moet aanhouden totdat de partijen bemiddeling hebben geprobeerd op de manier zoals is afgesproken in de overeenkomst.
Of de Hoge Raad het advies van de advocaat-generaal zal overnemen, moet nog blijken. Op 28 juni 2024 wordt een uitspraak hierover verwacht. De Hoge Raad is niet verplicht het advies van de advocaat-generaal over te nemen. Hoe dan ook zal de Hoge Raad uitspraak een moment zijn om het opnemen van een mediation-clausule te (her)overwegen. Het dwingen van partijen tot het houden van een goed gesprek is in veel gevallen toe te juichen. Er zijn echter ook gevallen denkbaar waar het een wassen neus is of er toch spoedeisende belangen zijn waardoor er geen tijd is voor mediation. Als het goed is zal daar wel rekening mee (kunnen) worden gehouden, maar het is even afwachten hoe de Hoge Raad hiertegen aan kijkt en ook hoe dit in de praktijk uitpakt.
Voor verder advies, kan je contact opnemen met Isabel van Tuyll van Serooskerken of Noor de Werd.
Let op: mogelijk wordt een contractuele bemiddelingsclausule juridisch afdwingbaar
3 april 2024