Werkgevers kunnen op grond van de ‘Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid (NOW)’ een subsidie ontvangen. Op 31 maart is de inhoud van de NOW bekendgemaakt. Vanaf vandaag, 6 april 2020, kunnen werkgevers een subsidieaanvraag indienen bij het UWV. Afgelopen vrijdag werd de NOW echter nog op een aantal punten inhoudelijk verduidelijkt en gewijzigd. In een eerder artikel bespraken wij de NOW al. In dit artikel zullen wij de verduidelijkingen en wijzigingen bespreken.
Regeling zoals gepubliceerd op 31 maart
Werkgevers komen op grond van de NOW in aanmerking voor een subsidie die ziet op de loonkosten voor de periode 1 maart tot en met 31 mei 2020 (de subsidieperiode). Hiervoor dient de werkgever aan te tonen dat sprake is van een omzetverlies van ten minste 20%, waarbij de werkgever voor het omzetverlies een periode van 3 aaneengesloten kalendermaanden mag kiezen tussen 1 maart en 31 juli 2020. De subsidie bedraagt afhankelijk van het omzetverlies ten hoogste 90% van de loonkosten. Door UWV wordt in eerste instantie een voorschot van 80% van de subsidie verstrekt. Na afloop van de subsidieperiode volgt de definitie vaststelling. Voor de berekening van de hoogte van de subsidie worden de loonkosten in principe gebaseerd op de loonsom in de maand januari 2020. Als de loonkosten in de subsidieperiode in werkelijkheid lager zijn, wordt ook de subsidie verlaagd. Als de daadwerkelijke loonkosten hoger zijn blijven de loonkosten over de maand januari 2020 bepalend.
In de regeling is verder bepaald dat de subsidie lager uitvalt indien sprake is van een ontslagvraag bij het UWV wegens bedrijfseconomische omstandigheden. Volgens de oorspronkelijke NOW zou in dat geval het loon van de werknemers voor wie toestemming voor ontslag is aangevraagd, met een factor 1,5 in mindering worden gebracht op de loonsom van januari. De verhoging met 50% werd echter gedeeltelijk, geheel, of méér dan geheel tenietgedaan, afhankelijk van de hoogte van het omzetverlies.
Aanpassing en verduidelijking van 3 april
Op vrijdag 3 april zijn een aantal verduidelijkingen en wijzigingen gepubliceerd. Het gaat dan om onderstaande punten:
- In de toelichting is verduidelijkt dat een lagere loonsom in de periode 1 maart tot en met 31 mei 2020 fors kan doorwerken in de hoogte van de subsidie. Voor elke euro minder aan loonkosten, krijgt de werkgever 90 cent minder subsidie, ongeacht de hoogte van het omzetverlies. Het verlagen van de loonsom kan aldus ingrijpende gevolgen hebben voor de hoogte van de definitieve subsidie. Dit is waarschijnlijk bedoeld om werkgevers ertoe aan te zetten om de loonkosten zoveel mogelijk gelijk te houden (en dus werknemers in dienst te houden of op te roepen voor hetzelfde aantal uren).
- Daarnaast zat er een technische fout in de NOW met betrekking tot de verhoging van 50% voor een ingediende ontslagaanvraag bij UWV vanwege bedrijfseconomische redenen tot 31 mei 2020. Dit is aangepast. Kort gezegd wordt vanaf nu 90% van 150% van de loonsom van de betrokken werknemers (inclusief de forfaitaire opslag van 30%) over de periode 1 maart – 31 mei 2020 in mindering gebracht op de subsidie. Ook een ontslagaanvraag kan dus leiden tot een forse verlaging van de definitieve subsidie.
- Verder is het nog steeds mogelijk om een ontslagaanvraag in te dienen bij UWV op grond van bedrijfseconomische redenen. Bij een ingediende ontslagaanvraag vanaf 2 april 2020 dient de werkgever echter wel aannemelijk te maken dat de NOW in zijn geval geen voor de hand liggende andere oplossing is. Wel zal UWV hier overigens terughoudend toetsen.
- Het rekeningnummer van de werkgever dat gekoppeld is aan het loonheffingennummer kan een buitenlands rekeningnummer zijn. Omdat het om uitvoeringstechnische redenen voor UWV niet mogelijk is een subsidieaanvraag te behandelen waarin een buitenlands bankrekeningnummer is opgegeven, wordt geregeld dat werkgevers met een buitenlands rekeningnummer binnen vier weken een Nederlands rekeningnummer kunnen doorgeven. De subsidie wordt vervolgens betaald op dit Nederlandse rekeningnummer.
- De werkgever dient binnen 24 weken na de periode waarover het omzetverlies is berekend zelf een verzoek om vaststelling van de definitieve subsidie in te dienen bij UWV. De termijn waarbinnen UWV de definitieve subsidie vaststelt is verruimd van 22 naar 52 weken.
Tot slot
Door de beschreven verduidelijking en wijziging kan een verlaging van de loonsom in de periode 1 maart – 31 mei 2020 of een ontslagaanvraag op grond van bedrijfseconomische redenen ingrijpende gevolgen hebben voor de hoogte van de definitieve subsidie. Het is daarom van belang om u goed te laten informeren over de gevolgen van de verschillende scenario’s.
Meer vragen over de 'Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor behoud van Werkgelegenheid (NOW)’, neem gerust contact op met het team Arbeidsrecht.