Laatst was ik aanwezig bij een symposium over toegang tot het recht, en daar kwam de discussie weer eens op gang: kan je als jurist zomaar vertrouwen op technologie? Kan je je beslissingen baseren op tools, of kan je beslistools aanbieden aan je cliënten? Uit de reacties in de zaal bleek dat veel mensen hier gevoelsmatig niet zomaar op durven vertrouwen. Iedereen kent wel praktijkvoorbeelden waar het gebruik van algoritmen heeft bijgedragen aan slechte beslissingen. Toch is het volgens mij niet terecht om op basis van onderbuikgevoelens en negatieve voorbeelden de potentie van technologie helemaal af te schrijven.
Ik vind het medische veld altijd een interessant voorbeeld. Hier werken, net als in het juridische domein, hoogopgeleide experts aan problemen die grote impact op mensen kunnen hebben. Ook hier zijn sociale vaardigheden en de 'persoonlijke touch' van groot belang. Een groot verschil is dat de medische wetenschap sterk gebaseerd is op empirie. Als een nieuwe behandeling wordt voorgesteld, kijkt men eerst uitgebreid wat de gevolgen zijn. Alles wordt getest en vastgelegd.
Kennistechnologie is in deze sector al een tijd niet meer weg te denken. Dit werd echter ook bij invoering uitgebreid onder de loep genomen. Wat gebeurt er nu echt als we in de praktijk een systeem inzetten? Wat zijn de risico's en wat levert het op? Dit onderzoek werd (en wordt) grondig en op wetenschappelijke basis uitgevoerd, en kan ook ons wat leren.
Uit onderzoek bleek bijvoorbeeld dat een kennissysteem - op een goed afgebakend terrein - beter presteert dan een arts als het gaat om het stellen van diagnoses. Een kennissysteem is consequent, neemt alleen relevante data niet in de overwegingen, en is altijd 100% gefocust en beschikbaar. Een systeem redeneert echter alleen op basis van beschikbare kennis, en hier kan het misgaan. Zo weten we bijvoorbeeld dat niet alle bevolkingsgroepen even goed vertegenwoordigd zijn in medisch onderzoek, en dat resultaten dus niet op hen van toepassing zijn. Verder bleek dat mensen te snel het advies van een systeem accepteren. Ook wanneer een resultaat duidelijk verkeerd is, zijn mensen geneigd om het over te nemen.
Volgens mij is de potentie van kennistechnologie duidelijk, en is deze potentie er zeker ook voor de juridische sector. Ook hebben we geleerd dat er grenzen zijn aan de toepasbaarheid. Een belangrijke grens is dat de gebruiker de resultaten op waarde moet kunnen schatten. Of anders gezegd, een tool die bedoeld is voor een advocaat zal een ander soort advies moeten geven dan een tool die is gericht op een burger.Een tool voor de bedrijfsjurist ziet er ook anders uit dan een tool voor een inkoper.
Wij hebben in onze praktijk al veel geleerd over de inzet van tools voor onze advocaten en onze cliënten. Ook voor burgers zie je steeds meer tools op de markt komen, zoals magontslag.nl, juridischloket.nl en hellolaw.nl. Wanneer we het gevoelsmatige wantrouwen voor technologie vervangen door wetenschappelijke resultaten en praktische ervaring, kan technologie een mooie rol spelen in het juridische domein.