De SER-Fusiegedragsregels 2015
De belangrijkste wijzigingen van de SER-Fusiegedragsregels 2015.
De SER-Fusiegedragsregels (“Fusiegedragsregels”) beschermen de belangen van in een onderneming werkzame personen bij een voorgenomen fusie. De laatste versie stamde uit 2000 en recentelijk heeft de Sociaal Economische Raad (“SER”) de Fusiegedragsregels herzien. Per 1 oktober 2015 zijn deze herziene Fusiegedragsregels in werking getreden.
Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste inhoudelijke wijzigingen.
Uitbreiding van de werkingssfeer
De Fusiegedragsregels zijn nu ook van toepassing op de overheid, non-profitorganisaties en het vrije beroep. De Fusiegedragsregels zijn van toepassing als zij gerekend kunnen worden tot het bedrijfsleven als bedoeld in de Fusiegedragsregels. Kort gezegd is daarvoor vereist dat een organisatie (1) opereert op de markt en (2) bedrijfsmatig is georganiseerd.
Het fusiebegrip
Van een fusie in de zin van de Fusiegedragsregels is sprake indien op duurzame wijze de zeggenschap over een onderneming of een onderdeel daarvan wordt verkregen of overgedragen. Dit kan onder meer door de verwerving of overdracht van een aandelenpakket (aandelenfusie). In de toelichting van de oude Fusiegedragsregels was opgenomen dat verkrijging of overdracht van meer dan 50 procent van de aandelen in een NV of BV onweerlegbaar wordt vermoed die zeggenschap te vestigen. Dit objectieve, onweerlegbare criterium is gewijzigd in een weerlegbaar criterium omdat dit meer recht doet aan de werkelijke zeggenschapsverhoudingen binnen een NV of een BV. De houder van een meerderheidsbelang hoeft immers niet in alle gevallen daadwerkelijk de zeggenschap te kunnen uitoefenen.
Toelichting volgorde vakbonden en OR
Er was geen toelichting opgenomen bij het artikel waarin is opgenomen dat de ondernemingsraad in de gelegenheid moet worden gesteld om van het oordeel van de vereniging(en) van werknemers kennis te nemen, zodat de ondernemingsraad daarmee rekening kan houden bij het uitbrengen van een advies op grond van artikel 25 WOR. Er is nu een toelichting opgenomen waarin is bevestigd dat de ondernemingsraad voordat een advies wordt uitgebracht op grond van artikel 25 van de WOR, kennis moet hebben kunnen nemen van de standpunten van de betrokken vereniging(en) van werknemers. Als deze volgorde wordt aangehouden kan het oordeel van de betrokken vereniging(en) van werknemers van wezenlijke invloed zijn op het fusiebesluit. Dit voorschrift staat niet in de weg aan een gelijktijdige informatie- en raadplegingsprocedure van vakbonden en ondernemingsraden , zolang in het eindstadium maar is voldaan aan de procedure.
Openbaar bod
De nieuwe Fusiegedragsregels bepalen dat indien door een openbaar bod een fusie tot stand wordt gebracht, voor zover mogelijk toepassing moet worden gegeven aan de procedure zoals deze is opgenomen in de Fusiegedragsregels. In de oude Fusiegedragsregels was dit strikter geformuleerd. Doordat het verbod tot het uitbrengen van een rauwelijks (eenzijdig) bod is vervallen, is een betere transparantie rondom een eenzijdig bod mogelijk. Indien een openbaar bod is uitgebracht, terwijl er in het geheel geen fusiebesprekingen hebben plaatsgevonden dan is de kennisgevingsprocedure van de Fusiegedragsregels niet in het geheel toepasbaar. In een dergelijk geval moeten deze regels in ieder geval voor zover mogelijk worden toegepast.
Aankoop ter beurze
Ook ten aanzien van een geleidelijke aankoop op de beurs is de procedure niet (rechtstreeks) toepasbaar, omdat deze uitgaat van fusiebesprekingen tussen fusiepartijen.
Wijziging van de geheimhoudingsbepaling
Met de wijziging strekt de geheimhoudingsverplichting zich ook uit tot de kennisgeving van een voorgenomen fusie aan de verenigingen van werknemers. Dit is een codificatie van de uitspraak van de geschillencommissie. Daarnaast is de duur van de geheimhoudingsverplichting opgenomen. De geheimhoudingsplicht duurt totdat de voorgenomen fusie openbaar is, tenzij fusiepartijen en verenigingen van werknemers anders overeenkomen.
Verkorte kennisgeving indien de Fusiegedragsregels niet op de fusie van toepassing zijn
In de oude situatie werden de werknemersverenigingen niet geïnformeerd als de fusiepartijen van mening waren dat de Fusiegedragsregels niet op de fusie van toepassing waren. In de Fusiegedragsregels 2015 is bepaald dat het SER-secretariaat de verenigingen van werknemers ook in dit geval op de hoogte stelt. Er wordt alleen melding van het fusievoornemen gemaakt, de daarbij betrokken partijen worden genoemd en hun mening dat de Fusiegedragsregels niet van toepassing zijn. Het is aan de betrokken verenigingen van werknemers om al dan niet actie te ondernemen.
Bemiddelingsregeling
In de praktijk is het zinvol gebleken als partijen gebruik kunnen maken van bemiddelingsregeling als alternatief voor een formele juridische procedure. De mogelijkheid voor partijen om hiervan gebruik te maken moet laagdrempelig zijn en kan op open wijze worden ingevuld.
Objectief aanvangstijdstip klachttermijn geschillenprocedure
In de nieuwe Fusiegedragsregels is gekozen voor een objectief bepaalbaar moment voor het aanhangig maken van een klacht. De klacht dient schriftelijk aanhangig te worden gemaakt binnen een termijn welke eindigt een maand na openbaarmaking door of namens een of meer bij de totstandbrenging van de fusie betrokken partijen dat de fusie al dan niet doorgang vindt.
Mocht u vragen hebben over de (toepassing van de) Fusiegedragsregels, dan zijn wij u graag van dienst.