Gerechtshof Den Haag 20 augustus 2019
Een man wil na het overlijden van zijn moeder inzage in haar medisch dossier zodat hij het medisch handelen voor het overlijden van zijn moeder kan laten toetsen door een (tucht)rechter. De huisarts heeft dit geweigerd. Bij zijn verzoek heeft de zoon zich beroepen op een medische machtiging van zijn moeder uit 2013. De rechtbank heeft de vordering slechts ten dele toegewezen. Volgens de rechtbank is onvoldoende onderbouwd dat de moeder bij leven toestemming heeft gegeven voor inzage, dan wel afschrift van haar medisch dossier na overlijden. De zoon heeft hoger beroep ingesteld.
Het hof overweegt dat de grief van de zoon tegen bovengenoemd oordeel van de rechtbank slaagt. De authenticiteit van de handtekening op de medische machtiging is door een handschriftkundige bevestigd. De zoon heeft omtrent de omstandigheden waaronder de machtiging is verleend gesteld dat de machtiging kort nadat zijn moeder had vernomen dat zij ongeneeslijk ziek was is opgesteld en dat het doel van de machtiging was om zeker te stellen dat medisch fouten, anders dan bij haar eigen moeder het geval was geweest, na haar overlijden aan de kaak konden worden gesteld. De huisarts heeft deze omstandigheden onvoldoende gemotiveerd betwist en wordt dan ook niet gevolgd in zijn stelling dat de machtiging te generiek was.
Omdat de moeder toestemming heeft verleend voor inzage is geen zwaarwegend belang van de verzoeker vereist voor doorbreking van het beroepsgeheim. Wanneer geen sprake is van toestemming, is het hebben van een zwaarwegend belang wel een voorwaarde voor doorbreking. Dit volgt ook uit de nieuwe (nog niet in werking getreden) wettelijke regeling voor inzage na overlijden. De huisartsenpraktijk dient binnen vier weken het gehele medische dossier van de moeder te verstrekken.
Na een overlijden is het voor de nabestaanden lastig om vast te stellen of er medische fouten zijn gemaakt omdat zij in de regel niet zullen beschikken over het medisch dossier. De medische informatie valt ook na het overlijden onder het beroepsgeheim. Een vóór het overlijden afgegeven medische machtiging kan uitkomst bieden. Ook een zwaarwegend belang van de nabestaande kan een grond zijn voor inzage. De nieuwe wettelijke regeling voorziet daarnaast in een nieuwe grond voor inzage voor het geval dat mogelijk sprake is van een medische fout. Voor inzage op deze grond is echter wel vereist dat de zorgaanbieder op grond van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg een mededeling heeft gedaan van een incident (art. 7:458a lid 1 (nieuw)). Deze regeling treedt op 1 januari 2020 in werking.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.
Klik hier voor de uitspraak:
Zoon heeft recht op afschrift medisch dossier overleden moeder
Zoon heeft recht op afschrift medisch dossier overleden moeder
5 september 2019