Wanneer is daar (geen) sprake van?
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 11 oktober 2022
Een onaangename woordenwisseling in een kroeg leidt er toe dat een man een glas richting de uitbater gooit. De uitbater loopt vervolgens op de man af, waarop de man een fles van tafel pakt en daarmee naar buiten loopt. Buiten komt het tot een schermutseling waarbij de uitbater de man in het gezicht stompt en zijn neus breekt.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat, gelet op de aanleiding tot de mishandeling, de man zelf voor 30% heeft bijgedragen aan het ontstaan van de schade en dat er geen reden was voor een billijkheidscorrectie in zijn voordeel. Tegen dit oordeel komt de man in hoger beroep op. Volgens hem is de kantonrechter voorbij gegaan aan de aanleiding voor het gooien van het glas, namelijk een zeer onbehoorlijke opmerking van de uitbater. Volgens het hof kan echter in het midden blijven wat de uitbater precies heeft gezegd waardoor de man zo boos werd dat hij een glas in diens richting gooide. Immers zelfs als hierbij wordt uitgegaan van het verhaal van de man, dan zou de uitbater zich weliswaar uitermate bot en onfatsoenlijk hebben uitgelaten, maar dat rechtvaardigt hoe dan ook niet de reactie van de man, aldus het hof.
Daarbij speelt volgens het hof een rol dat (i) het een feit van algemene bekendheid is dat het gooien van een glas in de richting van een persoon, ook als diegene niet rechtstreeks wordt geraakt, tot aanzienlijk letsel kan leiden door rondvliegende glasscherven en (ii) de man in plaats van gewoon weg te gaan na het gooien van het glas, hij zich eerst met een fles bewapend heeft en daarna naar buiten is gelopen. Het hof is dan ook met de kantonrechter van oordeel dat de man een niet te verwaarlozen aandeel heeft gehad in het ontstaan van de schade en 30% van zijn schade voor zijn eigen rekening dient te blijven.
Voor een billijkheidscorrectie is ook geen plaats volgens het hof nu beide partijen een ernstig verwijt gemaakt kan worden van hun gedrag en er dus geen sprake is van een uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten. Het feit dat de man nog steeds last heeft van het letsel, maakt dit niet anders.
Deze uitspraak laat zien dat ook indien je onheus bejegend wordt of zelfs uitgescholden, je reactie daarop in verhouding dient te zijn. Ga je te ver, dan kan eigen schuld worden aangenomen en een billijkheidscorrectie achterwege blijven.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen!
Klik hier voor de uitspraak:
Opstootje in een kroeg; eigen schuld en de billijkheidscorrectie