Aansprakelijkheid van de advocaat jegens derden
Hoge Raad 17 januari 2020
In dit arrest staat de vraag centraal in hoeverre een advocaat bij de dienstverlening aan zijn cliënt, rekening dient te houden met belangen van derden.
In dit arrest speelde de volgende – kort weergegeven – situatie. Een advocaat stond twee vennootschappen naar Belgisch recht bij, die onderdeel uitmaakten van een concern. Deze twee vennootschappen beschikten tezamen over het gebruiksrecht van een vliegtuig, dat zij in 2005 hebben verkocht aan een Amerikaanse koper. In eerste instantie zou de betaling van de koopprijs plaatsvinden door tussenkomt van een escrow agent (vaak een notaris, die de gelden gedurende een overeengekomen tijd in depot houdt). De koopprijs zou worden verdeeld en uitbetaald aan een aantal partijen, waaronder de twee Belgische vennootschappen. Begin 2005 gaat een aantal vennootschappen uit het concern failliet. In diezelfde periode laat de advocaat van de Belgische vennootschappen de Amerikaanse koper weten dat de koopprijs aan vennootschap “H” (een aan de twee Belgische vennootschappen gelieerde onderneming) kan worden uitbetaald. De betalingen worden vervolgens aan H verricht, en vlak daarna verdwijnt het bedrag van USD 2.864.754,23 uit die vennootschap. De opbrengst van de verkoop van het gebruiksrecht komt daarom nooit bij de twee Belgische vennootschappen terecht. Ongeveer twee jaar later failleren de twee Belgische vennootschappen.
De curatoren spreken de advocaat aan namens de twee Belgische vennootschappen uit hoofde van nalatige (onrechtmatige) advisering en namens de schuldeisers van die vennootschappen uit hoofde van onrechtmatige daad.
In maart 2016 heeft de rechtbank in een tussenvonnis geoordeeld dat van een advocaat onder omstandigheden als aan de orde in het onderhavige geval mag en moet worden verwacht dat hij nader onderzoek doet voordat hij eraan meewerkt dat de verkoopopbrengst van een belangrijk actief wordt onttrokken aan het vermogen van zijn cliënt. Voorts heeft de rechtbank geoordeeld dat de advocaat in kwestie jegens zijn cliënten niet heeft gehandeld zoals van een redelijk advocaat in de gegeven omstandigheden had mogen worden verwacht. Op verzoek van de advocaat heeft de rechtbank toegestaan dat tegen dit tussenvonnis tussentijds hoger beroep kon worden ingesteld. Het hof heeft het tussenvonnis vervolgens vernietigd. Hij houdt de zaak aan zich en komt tot het oordeel dat de advocaat jegens zijn cliënten noch jegens de schuldeisers van zijn cliënten aansprakelijk is. De curatoren stellen cassatieberoep in. De conclusie van de Advocaat-Generaal Vlas strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De Hoge Raad stelt voorop dat een advocaat zich volgens artikel 10a lid 1, onder b, Advocatenwet partijdig dient op te stellen. Onder omstandigheden kan een advocaat gehouden zijn bij zijn dienstverlening aan de cliënt rekening te houden met hem bekende of redelijkerwijs kenbare, gerechtvaardigde belangen van derden die in voor hen nadelige zin zouden kunnen worden geraakt door het (voorgenomen) handelen of nalaten waarop zijn dienstverlening betrekking heeft. Mogelijk moet hij zijn dienstverlening daarop afstemmen. Daarbij geldt dat de advocaat mag afgaan op de juistheid van de hem door zijn cliënt verstrekte gegevens, zolang in redelijkheid aanwijzingen van het tegendeel ontbreken.
De Hoge Raad vervolgt het arrest met zijn kernoverweging: “dat een advocaat bij zijn dienstverlening met betrekking tot een voorgenomen financiële transactie geen rekening hoeft te houden met mogelijke belangen van derden, tenzij hij uit de hem door de cliënt verschafte gegevens of de overige omstandigheden van het geval redelijkerwijs behoort af te leiden dat zodanige, gerechtvaardigde, belangen door de van hem gevraagde dienstverlening op onaanvaardbare wijze kunnen worden geschaad. Het antwoord op de vraag of een advocaat redelijkerwijs tot de conclusie moet komen dat zodanige situatie zich kan voordoen – hetgeen meebrengt dat hij dan onder omstandigheden nader onderzoek daarnaar zal moeten doen – is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. De wetenschap dat de vennootschap waaraan de advocaat zijn diensten verleent, of de groep waarvan deze deel uitmaakt, financieel in zwaar weer verkeert, is daartoe op zichzelf niet voldoende, ook niet als de betrokken advocaat is gespecialiseerd in het insolventierecht. Tot de relevante omstandigheden behoort voorts ook de inhoud en reikwijdte van de opdracht aan de advocaat.”
Op dit punt wordt het cassatieberoep van de curatoren dan ook verworpen.
Uit de arresten van de Hoge Raad inzake de Tilburgse Hypotheekbank, volgde al dat op een notaris slechts onder uitzonderlijke omstandigheden een zorgplicht rust jegens derden. Gezien de niet publieke (en zelfs partijdige) rol van een advocaat, zal voor aansprakelijkheid van een advocaat jegens derden nóg minder snel aanleiding zijn, aldus Advocaat-Generaal Vlas. De Hoge Raad lijkt dit met haar arrest van 17 januari jl. te hebben bevestigd.
Wilt u hier meer over weten? Aarzel dan niet om contact met ons op te nemen!
Klik hier voor de uitspraak:
Aansprakelijkheid van de advocaat jegens derden